zaterdag 26 november 2011

Kruiningen gewijzigd in Poelbos bij Goes

De excursie naar Kruining is verplaatst naar Goes. Loek de Bruijn was onze gids en mentor tijdens deze excursie. Hij vertelde dat hij zich al 40 jaar met paddenstoelen bezig houdt.
Loek toonde nog een paddenstoelen-veldgids van Natuurmonumenten, geschreven door Ewald Gerhand. Deze gids heeft een kleurencode aan de zijkant van de bladzijden, waarmee de kleur van de sporen wordt bedoeld.

Het Poelbos is aangeplant in de 60-er jaren in een laag gebied met veel drinkputten. Veel van die putten zijn in de loop van de tijd door verlanding dichtgegroeid. Staatsbosbeheer is eigenaar van dit gebied en heeft er inmiddels weer een paar van die putten uitgegraven.
Het is een beukenbos, wat een goed terrein is voor paddenstoelenliefhebbers. Er groeien namelijk veel soorten paddenstoelen in een beukenbos.


De eerste paddenstoel, welke we tegenkwamen, was de nevelzwam:
Nevelzwam.

Een stukje verdere zagen we een familielid van de hertenzwammen vertelde Loek:
Grauw-groene hertenzwam.

Grauwgroene hertenzwam.

Helmmycena.
Loek verteld dat de helmmycena de grootste soort van de mycena's is en dat dit een taaie paddenstoel is, welk op hout groeit. Hij is vernoemd naar de Duitse helm uit de 16e eeuw. De plaatjes zijn concentrisch en aderig verbonden met elkaar.

Elfenschermpje.

Het elfenschermpje behoort tot de mycenasoort en is een saprofyt. Een opruimer dus van dood materiaal.

Elfenschermpje

Botercollybia of vettige diksteel.

De botercollybia heeft een holle steel en voelt vettig aan.

Roodbruine trechterzwam.

Loek vertelde dat ingevolge de nieuwe inzichten er een nieuwe naam aan de roodbruine trechterzwam is gegeven. Hij wordt daarom ook wel schijnridderzwam genoemd.

Roestbruine kogelzwammen. (lijkt meer zwart dan bruin..)
Geweizammetjes.

Geweizwammetjes zijn familie van de kernzwammen. Ze zijn hard en houtig en hun sporen worden in de horentjes gevormd. Geweizwammen komen voor op dood loofhout, maar ook op dood dennenhout. De geweizwam is niet kieskeurig. Ze groeien alleen op dood hout, dus zijn het saprofyten (opruimers).
We zagen korstzwammen plat tegen dood hout groeien, als ze ouder zijn dan gaan ze krullen en bloeden bij beschadigen. We zagen toen de gele korstzwam. Deze heeft geen gaatjes en de sporen worden bovenop het vlies gevormd. (geen foto van)

Hierna zagen we een paddenstoel, waarover Loek vertelde dat deze ook wel de Zeeuwse paddenstoel wordt genoemd. Hij groeit in Zeeland alleen maar op dood iepenhout. Het is een saprofyt.
Viltig judasoor is de naam van deze Zeeuwse paddenstoel.
Viltig judasoor.

Gewone hertenzwam groeit op dood hout.
Kleine bloedsteelmycena's.

Er zijn in Nederland 90 soorten mycena's en ze zijn allemaal grijs van kleur. Als je de steel doorbreekt komt bij bovenstaande mycena rood sap uit de wond. De kleine bloedsteelmycena groeit alleen op loofhout.

viltig judasoor.

Witte bultzwam.

Witte bultzwam.

Op een dode boomstam groeide een witte zwam met buisjes of gaatjes aan de onderzijde. De witte bultzwam groeit op loofhout en heeft een kurkachtie en harige hoed. De grijze buisjeszwam of rookzwam lijkt er ook een beetje op.


Glimmer inktzwam met glimmertjes op de hoed.

We zagen de echte judasoor, behorende tot de trilzwamfamilie. Geen foto.

Korstzwam: oranje aderzwam op loofhout.

Stobbezwammetjes.


Gele korstzwam, een beetje groen door algen.

Zwerminktzwam.


De zwerminktzwam heeft heel doorzichtige en zwarte plaatjes. Het behoort tot de familie van de inktzwammen en ze zijn klein en breken snel af. In het begin zijn ze lichtgrijs en later worden ze zwart. Meestal staan ze met een paar 1000 bij elkaar in de omgeving.

Tonderzwam.

Tonderzwam.

Parelstuifzwammen.

Een buikzwam, genaamd de parelstuifzwam. De pareltjes zitten los op de bol en vallen er in de loop van de tijd vanaf.  Het is een steel met een bol, waarin de sporen zitten.

De gesteelde lakzwam groeit op een dode stam.

De bladeren opzij gehaald om onder de hoed te kunnen kijken.

Beginsgstadium kopergroene bekerzwam op eikenhout.

Het groen op de eikenstam is geen mos, maar de zwamvlok van een bekerzwam, genaamd de kopergroene bekerzwam.

Een groep wilde paddenstoelenspotters.

Parelstuifzwammen.

Het was een leerzame dag.
We kregen de opdracht om in ons adoptieterrein te zoeken naar paddenstoelen en daarna de via de mail verzonden vragen te beantwoorden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten